Het begint goed
Door: Rudy
Blijf op de hoogte en volg Rudy
05 Oktober 2016 | Suriname, Godowatra
Dus dinsdag 27 om 5.45 uur opgestaan, laatste spullen opgeladen, natuurlijk ook mijn trouwe Samson, alias Samsung voor de plaatselijke jeugd, Pobiki (‘Poppetje’), die al wat Kajaanse avonturen achter de rug heeft, en beertje Kajana, een fraai cadeau van de dames van Okra Westkapelle: ze verkopen die mooie beertjes (eigen haakwerk!) helemaal ten bate van stichting Degi Hati! Helaas nog niet op internet, maar wie er eentje wil bestellen: ingrid.houtters@telenet.be. Om 9 uur stond ik al in Antwerpen-Centraal en dan met de Thalys in 50 minuten naar Schiphol! Ik was heel vroeg, dus de baggage drop-off ging vlot. Tijd zat om nog wat mensen even te bellen. En toch vertrokken we weer met een halfuur vertraging, een bomvolle Boeing 747-400. De helft van de passagiers waren Chinezen. Ja, het begint met Eandis … Maar ik zat deze keer gelukkig in prettiger Surinaams gezelschap. Met de maaltijden en hapjes tussendoor en goeie muziek in mijn oortjes verliep de tijd nog behoorlijk. Geweldige service, KLM.
Ik zat dicht bij de uitgang, dus nogal vooraan in de rij voor immigratie. Maar de bagage liet tergend lang op zich wachten (first in, last out?). Geen nood, Ashruf busbedrijf wacht altijd tot de laatste passagier. En die moesten zowat overal naartoe in Groot-Paramaribo. Dus kwart over 6 ’s avonds geland, en het was bijna 10 uur toen ik mijn vertrouwde Queens Hotel, tegenover Torarica, binnenstapte. Geen zin meer in een drankje, een beetje uitladen en slapen. Met het tijdverschil van - 5 uur (en 50 jaar (; ) was ik 21 uur op geweest.
Ik had mezelf 3 dagen gegeven om n de stad alles te klaren, en bleef op schema. Jangjanman was in de stad, en ik kon hem al assisteren met een zakenbespreking voor een promotiefilmpje. Leuke verrassing voor de boodschappen: juf Edith, die nu een plaats gevonden heeft in de stad, en ook weer bij haar man is, kwam aangereden met 2 van haar kinderen in een grote auto. Dus we deden samen de aankopen in de supermarkt, en ik had meteen assistentie voor het sjouwen en het vervoer. En ze waren blij met hun etentje achteraf. Laatste avondje uit eten gegaan in de Zus en Zo. Ik had net besteld (Marokkaanse schotel met koeskoes) en was net aan mijn rode wijntje aan het nippen, toen een jonge Nederlandse stagiaire me kwam vragen om aan te schuiven bij haar en haar 2 vriendinnen. Ze waren pas twee weken hier, en wat blij toen ze hoorden dat ik aan begeleiding van stagiairs doe. Ze hadden veel vragen, zeker ook over veiligheid. Het werd dus een gezellig avondje. Ik vergezelde ze nog tot aan Het Vat (weekend hè), want ze durfden niet alleen te voet, terecht ook. En zo geraakte ik toch wat te laat in bed; ik moest om 5 uur op.
Om zes uur stonden mijn 11 dozen klaar, zoals altijd perfect waterdicht ingepakt en genummerd, en was Ruben daar met zijn busje om alles in te laden. Ook nu weer had hij passagiers, jong en oud, verspreid over de vele niet zo mooie buurten met zandwegen en soms echt wel krotten waar de Saramaccaners huizen. Om 8 uur was de laatste ingestapt. Ruben belt naar de bootsman van Lanti Boto (de lijnboot) om af te spreken, en die vraagt hem om even terug te rijden naar het centrum om een nieuwe buitenboordmotor op te halen. Moest ik daarvoor zo vroeg op?
Half twaalf komen we aan bij de boten op Atjoni. Ik zeg Ruben dat ik nog even naar het Chinese supermarktje ga om wat eten voor onderweg, en zeker wat koud vruchtensap en mijn laatste yoghurt met aardbeien. Ik kom terug, en Ruben heeft alles al uitgeladen. Ik tel mijn dozen: tien! Geen nood, zegt hij, iemand zal die per ongeluk meegenomen hebben, komt wel uit, alle boten gaan dezelfde richting uit. Ik had een naar voorgevoel, en geen idee wat in die ene doos zat. Het was enorm druk, want bijna alle leerkrachten, en een heleboel kinderen, al of niet vergezeld, waren mee voor het nieuwe schooljaar.
Pas om twee uur vertrokken we. ‘De Lijn’ had extra boten gecharterd, tot zelfs de grote blauwe van Kosindo River Lodge, met Mikosabi, zoon van Jangjanman, aan de motor. Feestelijk vertrek, een konvooi van 4 korjalen, ieder met de gele vlag van de Nationale Vervoermaatschappij voorop. Dat halen we niet in vijf uur, met een nogal lage waterstand. Ik had enorme bewondering voor onze bootsman, een vrouw! Wat een spierkracht, wat een behendigheid, en we lieten de andere boten het nakijken bij elke stroomversnelling of ondiepte. Bijna 6 uur als we aankomen op Tapawatra, waar de Gran en de Pikin Rio uitmonden in de Boven-Surinamerivier. Dus … overnachten! Kinderen komen helpen om de dozen op hun hoofd te dragen, voor 0,5 SRD (6 eurocent) per stuk. Gelukkig mocht ik voor 2,50 EUR in een soort berghok mijn hangmat ophangen, en niet in de gemeenschappelijke ruimte, sympathiek gezelschap, maar ik was toch aan een beetje stilte en nachtrust toe. Er was een Chinese winkel met licht en muziek, dus ik kon, na een verfrissende duik, brood en pindakaas kopen, en een grote koude pint. Bij het krieken van de dag weer verder, na 3 kwartier Gran Dam. Daar is het zelf alles dragen, over de rotsen en met de voeten in het water. Na 3 keer heen en weer mag ik uitrusten, want ze hebben respect voor mijn 63 jaar. Om 11 uur zondagmorgen kwamen we aan op Kajana, dus ik was weer thuis.
De zaal was met vlaggetjes versierd, mijn kamer zag er prima uit, met dank aan interieurdeskundige Sarah, die mijn vrijgezellenkot na mijn vertrek door Jerry had laten ombouwen tot een knus huisje, met opbergrekken, en een tweepersoonsbed! En iedereen blij, bosi’s en brasa’s. Samen met Tante Boter het huisreglement meegedeeld. Seeigi en Nelson zijn samen verantwoordelijk voor het huishouden: koken, alles schoonhouden en vooral orde houden. Baas assisteert. Système congolais. In ruil kunnen ze inwonen, een beetje mee-eten (ze weten elders ook nog waarheen) en het nieuwe kamertje in de zaal delen. Dus ik heb privébewaking en roomservice. Want ik wil me in dit klimaat(en op mijn leeftijd) helemaal concentreren op mijn eigenlijke werk; het huishouden kan er niet meer bij.
Morgen donderdag begint de school, dus dan kan ik ’s morgens in alle rust mijn werk doen voor de gemeenschap. De eerste dagen is het nog open huis voor de kinderen, met de laptops van de gemeente Knokke-Heist, de spelletjes en boekjes van de stagiaires en vrijwilligers, … Bij etenstijd rond halftwee (broodje sardines of zo, kop instant soep) sluiten we de zaak, en daarna hangmat en tegen 5 uur naar de rivier, rondjes zwemmen voor de conditie. ‘I goón fátu’ (je bent dik geworden), zeggen de vrouwen. Afwachten. Daarna een biertje, cola of ‘stroop’ (vruchtenconcentraat in ijswater, scheutje rum in het weekend) Terwijl de boys koken. Vanavond tajer en misschien wat napi (knollen voor een maaltijdsoep), want Kofi de groenteman is komen groeten. Hij belooft ook banaantjes en pompelmoes.
Dat ijswater moet nog wachten, want sinds de nieuwe batterijen geïnstalleerd zijn, laden ze niet op. Emilie, dochter van collega Martine van de Personeelsdienst, was de hele maand september in mijn huisje, en heeft 3 weken kunnen genieten van de volle batterijen, zonder dat we beseften dat ze niet oplaadden. Tegen dat ik aankwam, waren ze op hun minimum. Dus de regulator weer naar de stad, en ik verwacht elk moment een vervangtoestel. En dan maar hopen. Intussen mag ik 3 uur per dag de noodgenerator van Kosindo gebruiken, genoeg om alles op te laden. Dus kan ik mijn laptop en geluidsbox ’s avonds nog anderhalf uur gebruiken om een film te spelen voor de buurtkinderen. In 2 rijen op mijn nu grote bed. Lanti faja (dorpsstroom) is er al weer sinds enkele weken niet meer, en niemand weet voor hoelang. Geen geld voor brandstof. Het is grote economische crisis, de schatkist is (weer eens) leeg, en de Surinaamse dollar is gezakt van 4 naar 8,50 voor een euro in een jaar tijd. Alleen reden tot paniek voor wie de Surinaamse politiek sinds minder dan 40 jaar volgt.
Nu nog even wachten op doos 11, die hopelijk ooit en allicht nooit meer uitkomt. Bevat al mijn medicamenten en vitamines, tweede paar sandalen en waterschoenen, 6 heerlijke Hollandse peperkoeken en de zak met schrijfgerei, en haaknaalden voor de vrouwen hier, van tante Jeannine. Opsporing bezig.
Mijn eerste opdracht voor meester Frits heb ik al gekregen: digitaliseren van de sociale registratie in de dorpen. Makkie. Hij was ook in de wolken met Beertje Kajana en wat eraan vast hangt, en met de 100 EUR, mild geschonken aan stichting Degi Hati door familie. Hij heeft ook een stand van zaken van de projecten opgemaakt, die ik ga doorsturen aan Davidsfonds Westkapelle en Marnixring De Blinckaert. Als Frans Jangjanman terug is uit de stad, komt daar zeker nog een pak werk bij. Maar daarvoor ben ik gekomen.
-
06 Oktober 2016 - 08:11
Kenneth Boumann, Gent, België:
Veel moed en volharding gewenst, Rudy, bij de voortzetting van je taak, eigenlijk een soort apostolaat, in Suriname, een land dat veel gedachten oproept, onder andere een gebed zonder end, een verlaten plantage, "wan broko pernasi", die eindeloos veel energie vergt van degenen die zich aan het werk zetten met de wens en de hoop dat er millimetergewijs enige verbetering tot stand komt.
Het ga je goed.
Kenneth -
06 Oktober 2016 - 12:56
William:
Maak er een prettig verblijf van, succes!
Na heel wat problemen met gmail ben ik er eindelijk uitgeraakt, mijn paswoord deed het niet meer en het werd een lastig proces om dan uiteindelijk toch een nieuw paswoord te kunnen ingeven en aanvaard en ik terug normaal kan werken!
Noteer dan toch dat ik alle andere emailadressen heb uitgeschakeld en niet meer in werking zijn.
Nog veel leuks! -
06 Oktober 2016 - 14:48
Martine :
Hopelijk verschijnt doos 11 weer. Ik weet niet of een kaarsje branden zal helpen, maar ik ga het toch doen.
Voor de wens ik je een verder verblijf zonder te veel zorgen.
Onze beste wensen van diepe vrede.
Martine en Jo (Saphire)
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley